Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken

Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken

Twee kleinere maar wel belangrijke werken uit de vroege periode van Nietzsche komen door de recente Nederlandse vertaling bij Boom uitgevers gelukkig weer meer in de belangstelling; Het dionysische wereldbeeld en Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken. Samen vormen ze een fraaie uitgave waarbij Maarten van Buuren de vertaling van dit klassieke werk over de voor-Socratische Griekse denkers voor zijn rekening nam. Dat vraagt naast een gedegen taalkennis ook de nodige souplesse. Nietzsche, de filosoof die geen leesteken schuwde en zijn teksten er rijkelijk mee bestrooide, schreef met een rijke Duitse woordenschat en had een stijl die veel acrobatische kunsten bij het vertalen vragen. Dat Maarten van Buuren na enkele Nietzsche vertalingen die hij al eerder voor Boom deed, dat is toevertrouwd (zie ook Voorbij goed en kwaad in een nieuwe vertaling) is inmiddels wel duidelijk al blijft een enkele lezer misschien wel met vragen achter wanneer bijvoorbeeld ‘Bilderdienst’ vertaald wordt als ‘beeldendienst’.

Het dionysische wereldbeeld. Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken

Op de achterflap van deze nieuwe uitgave wordt door Boom met name ingegaan op de bekende woorden van Heraclitus die over het worden zo treffend schreef; ‘je stapt nooit twee keer in dezelfde rivier’. Een hapklaar concept hoe Zijn en Worden zich tot elkaar kunnen verhouden, net zoals de vele andere tegenstellingen, tegenkrachten en fenomenen die in de natuur en de wereld met elkaar een ‘strijd’ aangaan. Maar wat die oude Griek nu in essentie bedoelde (ik cursiveer het woord essentie om redenen die in het boek te vinden zijn) ligt misschien net in een iets andere nuance. Zo wees Peter Sloterdijk in zijn ‘Du mußt dein Leben ändern’ uit 2014 op dezelfde uitspraak van Heraclitus wetende dat de oude Griek bedoelde dat water in een rivier, slechts in één richting stromend, oneindig vaak verandert (‘niets blijft, alles stroomt’). Echter, wat te denken van de zwemmer die wanneer hij eenmaal uit dat stromende water is gestapt, nooit meer als dezelfde zwemmer kan terugkeren in ‘dezelfde’ stroming?

We gaan voor enige context ruim anderhalve eeuw terug en zien een nog prille professor van de Universiteit in Bazel. ‘Die dionysische Weltanschauung’ zit tussen zijn reisbenodigdheden wanneer de 26-jarige Nietzsche voor de Kerstdagen van 1870 een bezoek brengt bij de Wagners in Tribschen bij Luzern. De door hem geschreven tekst is een uiting van de fascinatie die hij al vroeg voor de Grieken aan de dag legde. Nietzsches liefde voor de Griekse filosofie was immers al eerder gewekt tijdens zijn studie bij Friedrich Ritschl in Leipzig. Aan zijn moeder en zus schrijft hij op vrijdag 23 december opgewekt; ‘Morgen gehts nach Tribschen. So eben bekomme ich noch ein Telegramm von Wagner: er ladet mich zur Probe der Musikaufführung ein, die morgen, gleich nach meiner Ankunft in Luzern stattfinden wird (…). Meine Geschenke sind diese: für Wagner habe ich ein von ihm längst gewünschtes Lieblingsblatt von Albr. Dürer „Ritter, Tod und Teufel“ das mir durch glücklichen Zufall in die Hände gekommen. Für Frau Wagner den bezeichneten Aufsatz, den ich selbst schön abgeschrieben habe.’

Cosima Wagner doet inderdaad daags er na verslag van het cadeau dat haar ‘stiefzoon’ meenam en ook hoe haar echtgenoot Richard in de avond eruit voorleest. Het is een kerst met veel sneeuw en ‘Einöde’ (afgelegen eenzaamheid) schrijft Nietzsche in een volgende brief op 30 december naar zijn zus en moeder in Naumburg. Op dat moment is de jonge filoloog nog niet wetende over de eenzaamheid en kou die hem nog vaak zullen gaan vergezellen.

Het jaar daaropvolgend voltooide Nietzsche geheel in de lijn met zijn colleges Sokrates und die griechische Tragödie. Ruim een jaar later, begin 1872, ontstaat Die Geburt der Tragödie aus dem Geister der Musik, een opmaat naar een verdere studie over de Grieken, specifieker, de denkers en schrijvers vóór Socrates. Zijn speurwerk had al eerder een voorstudie opgeleverd onder de titel Ursprung und Ziel der Tragödie, teksten die hij schreef in zowel Bazel als Lugano. In 1872 is Nietzsche verder ook druk met zijn voordrachten Über die Zukunft unserer Bildungsanstalten‘Es gab viel und giebt viel zu überdenken. Mitten in der Berufsnoth und zwar in der doppelten hatte ich noch meine 6 Vorträge über die Bildungsschulen auszuarbeiten’ laat hij op 15 maart van dat jaar in een brief aan zijn vriend Erwin Rohde weten.

We schrijven inmiddels 5 april 1873 wanneer hij zijn vriend Carl von Gersdorff, die op dat moment in Rome verblijft, een brief schrijft met daarin een kritische maar ook zelfverzekerde toon: “Nach Bayreuth bringe ich ein Manuscript „die Philosophie im tragischen Zeitalter der Griechen“ mit, zum Vorlesen. Von der buchmäßigen Form ist aber das Ganze noch sehr entfernt, ich werde immer strenger gegen mich, und muß noch viel Zeit vergehen lassen, um eine nochmalige Darstellung (die vierte desselben Thema’s) zu wagen. Auch war ich genöthigt, die sonderbarsten Studien zu jenem Zwecke zu treiben, selbst die Mathematik trat in die Nähe, ohne Furcht einzuflößen, dann Mechanik, chemische Atomenlehre usw. Ich habe mich wieder auf das herrlichste überzeugt, was die Griechen sind und waren. Der Weg von Thales bis Sokrates ist etwas Ungeheures.”

Na eerdere lofuitingen door Richard en Cosima Wagner over zijn door de oude Grieken geïnspireerde teksten, valt de negatieve reactie over ‘Die Philosophie im tragischen Zeitalter der Griechen’ Nietzsche echter zwaar. Het is de afkeuring van de man die in zekere zin een vaderfiguur voor hem was en geen erkenning krijgen doet Nietzsche als ieder mens pijn. Hij merkt het al bij het voorlezen uit zijn eigen schrijfsels. Wagner, met gekrenkt ego omdat Nietzsche afwijzend had gereageerd op een uitnodiging om de kerst eind 1872 gezamenlijk te vieren – nota bene ook nog eens de verjaardag van zijn vrouw – liet duidelijk merken dat hij niet gecharmeerd was van hetgeen hem door zijn jonge aanbidder werd voorgelezen. De eerder door Nietzsche toegestuurde Fünf Vorreden zu fünf ungeschriebenen Bücher bleken voor het echtpaar Wagner niet voldoende pleister op de wond die was ontstaan door het verstek laten gaan. Grote ego’s hebben nou eenmaal wel vaker grote (lees; lange) tenen… Zaterdag 12 april vertrekt Nietzsche en reist samen met Erwin Rohde vanaf Bayreuth naar Nürnberg, zichzelf en de Wagners in enige somberheid achterlatend.

Nietzsche zelf windt er in zijn werk dan ook geen doekjes om. We zouden hem nu wellicht wat gebrek aan empathie toedichten, oftewel hem enige schamele kennis van hetgeen onder zijn vakgenoten en lezers leeft verwijten. Of zijn het al wat voortekenen van zijn latere ontslag als professor van de universiteit van Bazel wanneer hij bijvoorbeeld schrijft dat niemand zich het recht kan toe-eigenen zichzelf filosoof te noemen? Het is een aanklacht tegen de tijd waarin filosofie niet meer is dan ‘een monoloog van een eenzame wandelaar, de toevallige buit van een enkeling’. Verderop hamert hij er stevig op los: ‘De filosofie van tegenwoordig is vervallen tot een politiek gemarginaliseerde en politioneel gereguleerde schijnvertoning van geleerdheid’. Een mix van a-diplomatiek optreden met een toefje eerlijkheid die we heden ten dage weinig zien, met uitzondering van de Maarten van Rossums van deze wereld. De niets verbloemende woorden nodigen vaak uit een parallel naar het heden te trekken: ‘Het is waar dat wij onze rechten hier verloren hebben, maar de rechters die onze rechten zullen doen herstellen, zullen ook jullie berechten en zeggen. “Zorg eerst voor een cultuur, pas daarna zullen jullie ervaren wat de filosofie kan en wil doen”.’

Die Dionysische Weltanschauung, Verlag Richard Hadl Leipzig (1928)

Nietzsche breekt een lans voor de onbevangenheid van de kunst die hij – in zekere zin in het verlengde van Schiller’s beroemde uitspraak ‘der Mensch ist nur da Mensch wo er spielt’ – vergelijkt met het spel van het kind: beide kennen de fenomenen van ontstaan en vergaan, bouwen en verwoesten, zonder enig moreel begrip. De Duitse zinsnede ‘ohne jede moralische Zurechnung’ wordt hier door Maarten van Buuren een beetje vreemd vertaald als ‘zonder enige morele toeslag’ terwijl ik hier het Nederlandse ‘aantijging, toeschrijving of zelfs ‘ten laste legging’ passender had gevonden. Anderzijds weet hij de door Nietzsche aangehaalde woorden van de Duitse schrijver en pedagoog Jean Paul in de vertaling wel mooi overeind te houden. Ik geef even het Duitse origineel: ‘Im Ganzen ist es recht, wenn alles Große — von vielem Sinn für einen seltnen Sinn — nur kurz und (daher) dunkel ausgesprochen wird, damit der kahle Geist es lieber für Unsinn erkläre als in seinen Leersinn übersetze. Denn die gemeinen Geister haben eine häßliche Geschicklichkeit, im tiefsten und reichsten Spruch nichts zu sehen als ihre eigne alltägliche Meinung.’ In de vertaling: ‘In het algemeen is het goed om alle grote dingen – rijk van betekenis voor een uitgelezen geest – alleen beknopt en (daardoor) duister te verwoorden, want een leeghoofd kan beter zeggen dat het onzin is dan het te vertalen in de onzin die door zijn hoofd waait. Want platvloerse geesten hebben de akelige gewoonte om in de diepste en rijkste spreuk niets anders te zien dan hun eigen platvloerse mening.’ Ik haal het citaat hier graag nog even naar boven omdat deze woorden steeds frequenter in de actualiteit hun bevestiging vinden. Dat Nietzsche zelf aan dit fenomeen postuum zou gaan leiden behoeft geen betoog…

Maarten van Buuren staat in zijn leeswaardige nawoord stil bij hetgeen Nietzsche in dit werk doet, namelijk een scheidingslijn aanbrengen bij Socrates. Daarna was het in zekere zin immers gedaan met de filosofie, toen denken vooral logisch en nuttig moest gaan worden. Het echte vrije en kunstzinnige denken, met enige ruime interpretatie zouden we nu ‘out-of -the-box brainstormen’ zeggen, was voorbij. Niet bij Parmenides, Anaximander, Heraclitus, Empedocles en Thales om maar enkele antieke schrijvers te noemen. Het is een gewaarwording die ik maar al te vaak heb wanneer het contrast tussen een beschouwende vraag en een logisch pragmatisch antwoord zich sterk aftekent, niets nieuws onder de post-Griekse zon. De hermeneutische strijd om de vele soorten ‘Zijn’ voltrok zich tijdloos, een fenomeen waar ook vele begrippen zoals geestchaos en crisis door de eeuwen heen mee geconfronteerd werden, begrippen die heden ten dage nog steeds verschillende gedaanten hebben. Laat staan de negatieve connotatie van strijd, een begrip dat Nietzsche vaak in zijn werken bezigt en later als een sokkel voor vele verdere interpretaties heeft gediend.

Maarten van Buuren zet voor de lezer die wat minder bekend is met het werk van Nietzsche enige begrippen schematisch en daardoor wat a-dionysisch maar wel verhelderend uiteen. Voor de lezer ontwaart hij in Nietzsches geschrift vier lijnen (‘draden in een kluwen’): Wording en Zijn, Wil en Voorstelling, het onbewuste en bewuste en als laatste tussen muziek en beeldende kunst. En muziek…dat is idealiter meer dionysisch dan apollinisch.

‘Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken’ is en blijft een onvoltooid werk gebaseerd op een compilatie van aantekeningen. Deze werden echter niet gepubliceerd tijdens het leven van Nietzsche en kregen pas een plek in zijn totale oeuvre nadat de nalatenschap goed was onderzocht en uitgeplozen. Het is daarom van Boom uitgevers een welhaast dionysische daad om dit boek op de markt te brengen. Er staan teveel interessante zaken in om ongelezen te laten verstoffen. Want hoe zit dat met die tegenstellingen tussen Dionysos en Apollo, het duo dat veel terugkomt in het latere werk van Nietzsche? Waarom vormt die strijd de basis voor elke cultuur, filosofie en geestelijke gezondheid? Essentiële woorden verdienen het om ingeademd te worden en waarom dat zo werkt staat in dit mooie werk dat Boom in samenwerking met Maarten van Buuren voor de Nederlandse lezer zeer toegankelijk heeft gemaakt. 

Het dionysische wereldbeeld  & Filosofie in het tragische tijdperk van de Grieken.
Boom uitgevers (2024), 142 pag. incl. nawoord door Maarten van Buuren 


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.